Opleidingsplan jeugd

Alle jonge judoka’s worden opgesplitst in drie groepen volgens leeftijd:
- Groep 1: 4-7 jaar
- Groep 2: 8-12 jaar
- Groep 3: 13+

Alle judoka’s vanaf de leeftijd van 6 jaar worden gestimuleerd om op regelmatige basis (5 à 6 maal per jaar) deel te nemen aan jeugdtornooien onder begeleiding en coaching van hun trainers. Vermits dit vaak stimulerend werkt om op trainingen beter te presteren.



Opleidingsplan groep 1:

Beperkte Japanse terminologie:
- Al spelenderwijs leren de kinderen de belangrijkste Japanse woordenschat zoals : hajime (start), matte (stop), re (groeten), ukemi (vallen), osai-komi (houdgreep), enz.
- Namen van technieken worden met beeldspraak verduidelijkt zoals: slang rond de boom, schuif af houdgreep, enz.

Aanleren technieken:
- Met veel beeldspraak, variatie, en al spelenderwijs worden de verschillende technieken aangeleerd.
- Gekende spelen (1, 2, 3, piano; tikkertje; enz.) worden omgevormd naar dezelfde spelen maar met specifieke judotechnieken.

Aanbod:
- Grote variatie in aangeboden technieken rechtstaande en op grond.

Verhogen van gordel:
- Om de motivatie bij de kinderen te stimuleren wordt er telkens na een aantal lessen een mini test afgenomen. Hiervoor krijgen ze een streepje op hun gordel. Na vijf streepjes mogen de kinderen hun test naar de volgende gordel afleggen. Zodoende hebben ze alle technieken al eens uitgevoerd in kleine stappen. Dit vergemakkelijkt het examen naar de volgende gordel. De kinderen worden uiteraard nog gestuurd naar de juiste uitvoering van hun technieken.



Opleidingsplan groep 2 + 3:

Japanse terminologie:
- Er wordt verwacht dat de judoka’s alle technieken met hun Japanse benaming kennen alsook de basis terminologie.

Aanleren technieken:
- Het technisch aan te leren pakket is uitgebreider.
- De technieken worden gedetailleerder uitgelegd.
- Er wordt nog beeldspraak gebruikt maar in mindere mate.
- Schakeltechnieken en overnametechnieken zowel rechtstaande als op grond worden aangeleerd.
- Wedstrijden komen in deze groep frequenter voor, met oog op veel variatie van de aangeleerde technieken.

Verhogen van gordel:
- Om de motivatie bij de kinderen te stimuleren wordt er telkens na een aantal lessen een mini test afgenomen. Hiervoor krijgen ze een streepje op hun gordel. Na vijf streepjes (-10 jaar) of drie streepjes (+10 jaar) mogen de kinderen hun test naar de volgende gordel afleggen. Zodoende hebben ze alle technieken al eens uitgevoerd in kleine stappen. Dit vergemakkelijkt het examen naar de volgende gordel. De kinderen worden uiteraard nog gestuurd naar de juiste uitvoering van hun technieken, doch wordt van hen verwacht de juiste naam bij de juiste techniek te kennen en te kunnen uitvoeren.